Pype Hendrik-Frederik (1854-1926)
° Geluwe op 12 januari 1854 - † Oostende, 3 juni 1926
beroep
priester, aalmoezenier-ter-zee en sociaal hervormer
- overleden in Oostende op 3 juni 1926 en er begraven op de begraafplaats kerkhof Nieuwpoortsesteenweg (sedert 24 mei 2007: Begraafplaats Paster Pype).
Pype legde er spoedig contacten met de verarmde en ongeletterde vissers en nam hun soms heel droevig sociaal lot nauw ter harte. Zo heeft hij tijdens de Vissersopstand van 23-24 augustus 1887 een bemiddelende rol gespeeld tussen de ordediensten en de opstandige vissers.
Op 22 mei 1886 werd hij tot aalmoezenier ter zee aangesteld. Hij deed dienst op de visserijwachtschepen "Ville d’Anvers", "Ville d’Ostende" en later op de "Zinnia". Deze schepen bevoeren de Noordzee om toezicht te houden over de visserij, bijstand en zielzorg te verlenen en om geschillen te beslechten. Tijdens zijn vele tochten op die wachtschepen legde Pype zich ook intens toe op de studie van de visserij en de zeevaartkunde.
De onervarenheid der jonge vissers bracht Pype ertoe over te gaan tot het stichten van een school waar jongelui op een systematische manier het beroep van visser ter zee konden aanleren. Met de steun van de Broeders van Liefde, bijgestaan door enige specialisten, en met de financiële inbreng van de Oostendse burgerij kon Pype de "Vrije Visserijschool Sint-Andreas" in 1887 starten. De leerlingen leerden er over het gebruik en onderhoud van de schepen, het nettenbreien, de theorie van de zeevaart en de visserij, navigatie enz.
De school was kende meerdere vestigingsplaatsen : nabij de Oude Sint-Pieterskerk op de hoek van de Kleine Kaaistraat (nu Paster Pypestraat), in de lokalen van een industriëel pand in de Velodroomstraat waar later de Brandweerkazerne zou komen.
Tijdens het interbellum kreeg de Vrije Visserij een nieuwbouw op de hoek van het Sint-Petrus- en -Paulusplein - Kleine Kaaistraat. Na het bezoek van Prins Albert en Prinses Elisabeth werd Pypes visserijschool spoedig een tot ver in het buitenland gewaardeerde modelinstelling.
Later stichtte hij in samenwerking met de Zusters van Sint-Vincentius de „Germana”, een naai- en kookschool voor vissersmeisjes. Deze was gelegen in de Cirkelstraat.
In de visserijschool richtte P. een maritiem museum in, waar vissen, schelpen, maritieme gebruiksvoorwerpen en rariteiten een plaats vonden. Het museum zelf heeft bestaan tot ca. 1967 in de inmiddels hernieuwde schoolgebouwen van het Sint-Petrus- en -Paulusplein, evenwel uitgebreid met een aquarium.
Pype zelf schreef ook leerboeken betreffende de visserij :
- Een boekske voor de visschers en de visschersscholen (Oostende, 1890);
- Over visscherij (Nederlandsche Boekhandel, 1911);
- Over motoren (Gent, 1912);
en van een andere aard :
- Kerkeboek voor Zeelieden (Oostende).
Verder schreef hij ‘La pêche maritime’. een bijdrage voor het boek "La mer; guide du touriste et du ville légiateur au littoral belge". Brussel, Touring Club de Belgique, 1922, pp.143-165..
Onder het pseudoniem „Zeeman” schreef hij van 1909 tot 1914 tal van bijdragen in De Vlaamsche Zeevisscher.
Ook de stichting van de "Vrije Visschersgilde 'Zal wel gaan" lag volledig in de lijn van zijn sociale inzet ten bate van het Oostendse vissersvolk (1896). De Vrije Visschersgilde omvatte een kas tegen ongelukken op zee, een spaarkas en een pensioenkas. In het lokaal van de gilde was er verder plaats voor amusement zoals toneel, zang, voordrachten, kaartspel, enz.
Door deze niet aflatende werking ten voordele van de vissers en hun familie verwierf Pype grote populariteit. Op 2 mei 1922 werd hij op rust gesteld.
Door ziekte (maagkanker) stierf hij op 3 juni 1926, kort na een reis naar Lourdes.
Zijn begrafenis groeide uit tot een grandioos eerbetoon. De door Pype gestichte visserijschool kreeg na zijn dood zijn naam. In Oostduinkerke en Oostende kregen straten Pypes naam.
- ASAERT, Jacques. ‘Paster Pype en het “Beste Brood”’. De Plate, XV, 1986, 1, p. 19.
- B., C. ‘Zeewetten berijmd door Pastoor Pype’. Biekorf, LXVII, 1966, 5-6, pp.186-187.
- COOPMAN, Frans. ‘100 jaar Vrije Visserijschool Paster Pype’. De Plate, XVIII, 1989, p. 110.
- DECLEER, Roger. ‘Bij het afsterven van Adolf Acken’. Contactblad Vrije Visserijschool “Paster Pype”, XVIII, 10 (174), pp. 2-8.
- DECLEER, Roger. 100 jaar Vrije Visserijschool ‘Paster Pype’: 1888-1988. (met een inleiding door Dries Claeys en Dirk Demaeght). Oostende, Nieuwsblad van de Kust, 1988, 54 p.
- DECUYPERE, D. ‘Hendrik Pype’. Ostendiana, VI, 1993, pp. 149-155.
- DEMAEGHT, Dirk. ‘Grafrede herdenkingsplechtigheid Paster Pype, 3 juni 1987’. Contactblad Vrije Visserijschool “Paster Pype”, 214 (XXII, 10), pp. 1-2.
- DEMAEGHT, Dirk. ‘Paster Pype, de “Oostendse Daens”: rede t.g.v. de gelijknamige tentoonstelling’. De Plate, 1995, pp. 308-311.
- DENYS, Remi. Menhère Herrie. Geluwe, Herdenkingscomité Paster Pype, 1964, 24 p.
- DE SPOT, E. In memoriam Pastor Pype, in : Ons volk ontwaakt, 27 juni 1926;
- DE SPOT, E. Vlaamsche zeevisschers. Kortrijk, 1942;
- DREESEN, Jan-Baptist. ‘Het “Herdenkingscomité Pastoor Pype” en wat nog aan hem herinnert’. De Plate, XXV, 1996, pp. 158-160.
- DREESEN, J.B. Het tweede visserijwachtschip „Ville d’Anvers”, in : De Plate, 78/107-108;
- DREESEN. Jan Baptist. ‘Paster Pype, vader van de vissers’. De vrienden van het Nationaal Visserijmuseum van Oostduinkerke, 1996, pp. 1884-1887.
- DUPON, Luc. Vrije Visscherijschool Paster Pype. Oostende, Eigen Beheer, 1992, s.p.
- HOSTYN, Norbert. ‘Gedenkteken Paster Pype’. De Plate, XXI, 1992, pp. 267-268. (Monumenten, beelden & gedenkplaten te Oostende).
- HOSTYN, Norbert. Hendrik Pype, in : Nationaal Biografisch Woordenboek, 10, Brussel, 1983.
- JUVENS. ‘L’abbé Pype et son oeuvre: l’Ecole de Saint-André’. In: VANDEPUT, H. Ostende et le littoral belge. Bruxelles, Revue Belge d’Importation et d’Exportation, s.d., 4. pp. 190-192.
- KLAUSING, J. De Broeders van Liefde en Oostende, in : De Plate, febr. 1975, 5;
- MUYLAERT, W. ‘Guido Gezelle, Pastoor Pype en de Oostendse visserij’. Het Visserijblad, LVII, 1990, 1, pp. 27-29.
- PYPE-LARIDON, S. ‘De kwarierstaat Hendrik Pype’. Ostendiana, VI, 1993, pp. 156-158.
- RYCX, R. ‘Mijn schooltijd bij Paster Pype’. Contactblad Vrije Visserijschool “Paster Pype”, 93 (X, 10), pp. 8-13.
- VANCRAEYNEST, Raymond. ‘De beginjaren van Pastoor Pype als aalmoezenier ter zee’. De Plate, XXIV, 1995, 12, pp. 323-327.
- VANCRAEYNEST, Raymond. ‘En nog over Paster Pype: notities uit kranten’. De Plate, XXV, 1996, 11, pp. 249, 251.
- VANDENBERGHE, Martine. ‘Paster Pype en zijn tijd 1854-1926’. Het Visserijblad, LII, 1985, 5, pp. 9-11; 6, pp. 6-7; 7, p.5; 8, p. 9; 10, p. 11; 11, pp.6-7; 12, p. 5; 13, p. 5; 14, p. 6; 15, p. 1; 16, p. 5; 19, p. 4; 20, pp. 4-5. (uit het archief van Edouard Vanalderweireldt).
- VANDEPUT, H. Ostende et le littoral Belge, s.l., s.d.;
- VYNCKE, Y. Kent u ze nog … de Oostendenaars. Zaltbommel, 1975, nr. 11;
- Z.A. Dit is West-Vlaanderen, 2, Sint-Andries, s.d.
U kan alle afbeeldingen raadplegen door hier te klikken.
laatst bijgewerkt op 22.11.2007
beroep
priester, aalmoezenier-ter-zee en sociaal hervormerpersoonlijke gegevens
- geboren in Geluwe als zoon van Carolus-Ludovicus, landman te Terhand-Geluwe en van Ursula Deltour.- overleden in Oostende op 3 juni 1926 en er begraven op de begraafplaats kerkhof Nieuwpoortsesteenweg (sedert 24 mei 2007: Begraafplaats Paster Pype).
studies
Pype bracht zijn jeugd door op het land te Terhand-Geluwe. Hij liep er gemeenteschool en was vervolgens leerling aan het college te Menen. Vandaar trok hij naar het Seminarie te Roeselare en werd er op 7 juni 1879 priester gewijd.loopbaan
Op 21 augustus 1879 werd hij aangesteld als leraar het college in Nieuwpoort en op 12 november 1884 werd hij onderpastoor op de Sint-Petrus- en -Paulusparochie in Oostende, waar overwegend een vissersbevolking leefde.Pype legde er spoedig contacten met de verarmde en ongeletterde vissers en nam hun soms heel droevig sociaal lot nauw ter harte. Zo heeft hij tijdens de Vissersopstand van 23-24 augustus 1887 een bemiddelende rol gespeeld tussen de ordediensten en de opstandige vissers.
Op 22 mei 1886 werd hij tot aalmoezenier ter zee aangesteld. Hij deed dienst op de visserijwachtschepen "Ville d’Anvers", "Ville d’Ostende" en later op de "Zinnia". Deze schepen bevoeren de Noordzee om toezicht te houden over de visserij, bijstand en zielzorg te verlenen en om geschillen te beslechten. Tijdens zijn vele tochten op die wachtschepen legde Pype zich ook intens toe op de studie van de visserij en de zeevaartkunde.
De onervarenheid der jonge vissers bracht Pype ertoe over te gaan tot het stichten van een school waar jongelui op een systematische manier het beroep van visser ter zee konden aanleren. Met de steun van de Broeders van Liefde, bijgestaan door enige specialisten, en met de financiële inbreng van de Oostendse burgerij kon Pype de "Vrije Visserijschool Sint-Andreas" in 1887 starten. De leerlingen leerden er over het gebruik en onderhoud van de schepen, het nettenbreien, de theorie van de zeevaart en de visserij, navigatie enz.
De school was kende meerdere vestigingsplaatsen : nabij de Oude Sint-Pieterskerk op de hoek van de Kleine Kaaistraat (nu Paster Pypestraat), in de lokalen van een industriëel pand in de Velodroomstraat waar later de Brandweerkazerne zou komen.
Tijdens het interbellum kreeg de Vrije Visserij een nieuwbouw op de hoek van het Sint-Petrus- en -Paulusplein - Kleine Kaaistraat. Na het bezoek van Prins Albert en Prinses Elisabeth werd Pypes visserijschool spoedig een tot ver in het buitenland gewaardeerde modelinstelling.
Later stichtte hij in samenwerking met de Zusters van Sint-Vincentius de „Germana”, een naai- en kookschool voor vissersmeisjes. Deze was gelegen in de Cirkelstraat.
In de visserijschool richtte P. een maritiem museum in, waar vissen, schelpen, maritieme gebruiksvoorwerpen en rariteiten een plaats vonden. Het museum zelf heeft bestaan tot ca. 1967 in de inmiddels hernieuwde schoolgebouwen van het Sint-Petrus- en -Paulusplein, evenwel uitgebreid met een aquarium.
Pype zelf schreef ook leerboeken betreffende de visserij :
- Een boekske voor de visschers en de visschersscholen (Oostende, 1890);
- Over visscherij (Nederlandsche Boekhandel, 1911);
- Over motoren (Gent, 1912);
en van een andere aard :
- Kerkeboek voor Zeelieden (Oostende).
Verder schreef hij ‘La pêche maritime’. een bijdrage voor het boek "La mer; guide du touriste et du ville légiateur au littoral belge". Brussel, Touring Club de Belgique, 1922, pp.143-165..
Onder het pseudoniem „Zeeman” schreef hij van 1909 tot 1914 tal van bijdragen in De Vlaamsche Zeevisscher.
Ook de stichting van de "Vrije Visschersgilde 'Zal wel gaan" lag volledig in de lijn van zijn sociale inzet ten bate van het Oostendse vissersvolk (1896). De Vrije Visschersgilde omvatte een kas tegen ongelukken op zee, een spaarkas en een pensioenkas. In het lokaal van de gilde was er verder plaats voor amusement zoals toneel, zang, voordrachten, kaartspel, enz.
Door deze niet aflatende werking ten voordele van de vissers en hun familie verwierf Pype grote populariteit. Op 2 mei 1922 werd hij op rust gesteld.
Door ziekte (maagkanker) stierf hij op 3 juni 1926, kort na een reis naar Lourdes.
Zijn begrafenis groeide uit tot een grandioos eerbetoon. De door Pype gestichte visserijschool kreeg na zijn dood zijn naam. In Oostduinkerke en Oostende kregen straten Pypes naam.
opmerkingen
Paster Pype kreeg in september 2006 een ererustplaats aan de ingang van het kerkhof naar aanleiding van de renovatie van de begraafplaats. Voor deze gelegenheid vond er op 16 september 2006 een religieuze plechtigheid plaats in de Sint-Godelievekerk rechtover de begraafplaats. Daarvoor had iedereen de kans gekregen om er het stoffelijk overschot te groeten. Na de plechtigheid werd de lijkkist overgebracht naar zijn nieuwe bestemming waar bloemen neergelegd werden op het graf. Jaarlijks organiseert het Herdenkingscomité Paster Pype met medewerking van de Koninklijke Oostendse Heem- en Geschiedkundige Kring De Plate een bloemenhulde bij zijn graf.bibliografie
- Kronieken in de Oostendse weekbladen Carillon, Duinengalm, Echo d’Ostende en Zeewacht, periode 1884-1926;- ASAERT, Jacques. ‘Paster Pype en het “Beste Brood”’. De Plate, XV, 1986, 1, p. 19.
- B., C. ‘Zeewetten berijmd door Pastoor Pype’. Biekorf, LXVII, 1966, 5-6, pp.186-187.
- COOPMAN, Frans. ‘100 jaar Vrije Visserijschool Paster Pype’. De Plate, XVIII, 1989, p. 110.
- DECLEER, Roger. ‘Bij het afsterven van Adolf Acken’. Contactblad Vrije Visserijschool “Paster Pype”, XVIII, 10 (174), pp. 2-8.
- DECLEER, Roger. 100 jaar Vrije Visserijschool ‘Paster Pype’: 1888-1988. (met een inleiding door Dries Claeys en Dirk Demaeght). Oostende, Nieuwsblad van de Kust, 1988, 54 p.
- DECUYPERE, D. ‘Hendrik Pype’. Ostendiana, VI, 1993, pp. 149-155.
- DEMAEGHT, Dirk. ‘Grafrede herdenkingsplechtigheid Paster Pype, 3 juni 1987’. Contactblad Vrije Visserijschool “Paster Pype”, 214 (XXII, 10), pp. 1-2.
- DEMAEGHT, Dirk. ‘Paster Pype, de “Oostendse Daens”: rede t.g.v. de gelijknamige tentoonstelling’. De Plate, 1995, pp. 308-311.
- DENYS, Remi. Menhère Herrie. Geluwe, Herdenkingscomité Paster Pype, 1964, 24 p.
- DE SPOT, E. In memoriam Pastor Pype, in : Ons volk ontwaakt, 27 juni 1926;
- DE SPOT, E. Vlaamsche zeevisschers. Kortrijk, 1942;
- DREESEN, Jan-Baptist. ‘Het “Herdenkingscomité Pastoor Pype” en wat nog aan hem herinnert’. De Plate, XXV, 1996, pp. 158-160.
- DREESEN, J.B. Het tweede visserijwachtschip „Ville d’Anvers”, in : De Plate, 78/107-108;
- DREESEN. Jan Baptist. ‘Paster Pype, vader van de vissers’. De vrienden van het Nationaal Visserijmuseum van Oostduinkerke, 1996, pp. 1884-1887.
- DUPON, Luc. Vrije Visscherijschool Paster Pype. Oostende, Eigen Beheer, 1992, s.p.
- HOSTYN, Norbert. ‘Gedenkteken Paster Pype’. De Plate, XXI, 1992, pp. 267-268. (Monumenten, beelden & gedenkplaten te Oostende).
- HOSTYN, Norbert. Hendrik Pype, in : Nationaal Biografisch Woordenboek, 10, Brussel, 1983.
- JUVENS. ‘L’abbé Pype et son oeuvre: l’Ecole de Saint-André’. In: VANDEPUT, H. Ostende et le littoral belge. Bruxelles, Revue Belge d’Importation et d’Exportation, s.d., 4. pp. 190-192.
- KLAUSING, J. De Broeders van Liefde en Oostende, in : De Plate, febr. 1975, 5;
- MUYLAERT, W. ‘Guido Gezelle, Pastoor Pype en de Oostendse visserij’. Het Visserijblad, LVII, 1990, 1, pp. 27-29.
- PYPE-LARIDON, S. ‘De kwarierstaat Hendrik Pype’. Ostendiana, VI, 1993, pp. 156-158.
- RYCX, R. ‘Mijn schooltijd bij Paster Pype’. Contactblad Vrije Visserijschool “Paster Pype”, 93 (X, 10), pp. 8-13.
- VANCRAEYNEST, Raymond. ‘De beginjaren van Pastoor Pype als aalmoezenier ter zee’. De Plate, XXIV, 1995, 12, pp. 323-327.
- VANCRAEYNEST, Raymond. ‘En nog over Paster Pype: notities uit kranten’. De Plate, XXV, 1996, 11, pp. 249, 251.
- VANDENBERGHE, Martine. ‘Paster Pype en zijn tijd 1854-1926’. Het Visserijblad, LII, 1985, 5, pp. 9-11; 6, pp. 6-7; 7, p.5; 8, p. 9; 10, p. 11; 11, pp.6-7; 12, p. 5; 13, p. 5; 14, p. 6; 15, p. 1; 16, p. 5; 19, p. 4; 20, pp. 4-5. (uit het archief van Edouard Vanalderweireldt).
- VANDEPUT, H. Ostende et le littoral Belge, s.l., s.d.;
- VYNCKE, Y. Kent u ze nog … de Oostendenaars. Zaltbommel, 1975, nr. 11;
- Z.A. Dit is West-Vlaanderen, 2, Sint-Andries, s.d.
iconografie
Naar aanleiding van de herbenaming van de stedelijke begraafplaats aan de Nieuwpoortsesteenweg als "begraafplaats Paster Pype", selecteerde het Archief alle afbeeldingen van en over het leven en werk van deze sociaalbewogen priester.U kan alle afbeeldingen raadplegen door hier te klikken.
auteurs
Norbert Hostyn i.s.m. Claudia Vermaut, 29 mei 2007.laatst bijgewerkt op 22.11.2007