De Leger Maurits (Maurice) (1915-2002)

° Oostende, 5 juni 1915 - † 8 december 2002

beroep

saxofonist, gitarist, leraar, bandleider.

loopbaan

Na muziekstudies aan het Conservatorium te Oostende waar hij laureaat werd in cello (1933), kamermuziek (1934) en saxofoon (19387) verwierf hij in 1951 aan het Koninklijk Conservatorium Gent eerste prijzen notenleer en saxofoon (J. Tastenoe). Daarnaast werd hij te Oostende in 1952 nog laureaat voor klarinet. Tijdens de oorlogsjaren deed hij bij ensembles als Les Ambassadeurs en The Continentals ervaring op in het dans- en amusementsmuziekgenre o.m. onder bandleiders zoals R. de Kers (Ancienne Belgique - 1942) en E. van Gils (Rijsel - 1943). Even vóór de Tweede Wereldoorlog was hij als saxofonist verbonden aan het 3e Linie. Erna maakte hij deel uit van het 4e Linie (Brugge, 1945) en de 1E Brigade Piron (Brugge, 1946). Als bandleider richtte D. onder het quasi-anagram M(aurice) Delgé in de jaren vijftig een dans- en amusementsorkest op waarin hijzelf altsax of gitaar speelde. Hij reduceerde het in de regel tienkoppige ensemble soms tot het Trio Delgé waarin hij cello speelde. Jarenlang was hij bestuurslid van de al in 1900 opgerichte Syndicale Kamer der Kunstmuzikanten van Oostende. Met The Stardusters, waarmee hij vooral onder de naam Mill Morris optrad als gitarist, slaagde hij in 1959 voor een Nationaal Instituut voor de Radio (Studio Kortrijk)-auditie. Dit leverde diverse radiouitzendingen op, waarvan het jazzidioom veelal aanleunde bij G. Miller. De gloriejaren van Delgé-Morris vallen vooral te situeren in de jaren vijftig en zestig, waarin hij bijna permanent musiceerde in diverse door hem opgerichte ad-hocensembles met een repertoire van licht klassiek tot dixieland. Zijn sterkste reputatie genoot hij wellicht als (autodidactische) jazzgitarist. Vanaf 1959 was De Leger kort als leraar muzikale opvoeding verbonden aan de Rijksmiddelbare scholen in Wevelgem en Koekelare. Vanaf dat jaar tot aan zijn oppensioenstelling in 1980 was hij leraar muzikale opvoeding aan de Stedelijke Vakschool (later STIO) in Oostende, waar hij een koor en brassband oprichtte en leidde.

bibliografie

Lexicon van de muziek in West-Vlaanderen, Brugge, 4, Brugge, 2003.