Delmotte Ephrem (ps. Georges Demée) (1905-1997)

° Ronse, 13 maart 1905 - † Oostende, 19 juli 1997

beroep

beiaardier, componist, leraar

loopbaan

Volgde aanvankelijk piano aan de Stedelijke Muziekschool van Ronse. Na zijn secundaire studies aan de École Moyenne studeerde hij aan het Koninklijk Conservatorium Gent. In 1928 werd hij in zijn geboortestad leraar muzikale opvoeding aan de Rijksmiddelbare school; Aan de Stedelijke Muziekacademie was hij van 1930 tot 1961 leraar notenleer. In deze functie publiceerde hij het didactische handboek notenleer “Kort en goed”. Hij behaalde tevens het diploma van leraar muzikale opvoeding derde graad (1930). In 1933 werd hij laureaat van de Kon. Beiaardschool ‘Jef Denyn’ in Mechelen én stadsbeiaardier van Ronse. De Ronsese beiaard was zijn initiatief; hij bevindt zich in Sint-Hermestoren. Delmotte bleef er stadsbeiaardier tot aan zijn oppensioenstelling in 1961. In dit jaar vestigde hij zich in Oostende en bespeelde er wekelijks de beiaard tot in 1996. Hij was geregeld te gast in Denemarken, Duitsland (Keulen), Engeland, Frankrijk, Ierland, Nederland (Sluis), Noorwegen, Portugal (Mafra), Zwitserland en Israël (YMCA-toren). Zijn betrachting bestond erin het grote publiek te bekoren met heel summier geharmoniseerde volkse éénstemmige melodieën. Tot zijn betere werken behoren : het Ronsese carnavalslied ‘Het lied der Bonmoss’ (1951) en het “Ave Maria” (1954). Naast tal van liederen schreef hij ook voor beiaard. Delmotte was ook gedurende bijna één jaar dirigent van de Kon. Harmonie Sint-Cecilia in Ronse (1933-1934).

bibliografie

S. Ippel, Verhalen rond de Oostendse beiaarden, Oostende, 1992.
Lexicon van de muziek in West-Vlaanderen, Brugge, 6, Brugge, 2005.