Artan (O.303) (1947-1951)
registratienummer
O.303 [T9]type
Stalen stoomtreiler [T9]bouwjaar
1942 [T9]scheepswerf
Kon. Maatschappij De Schelde, Vlissingen (NL) [T9]voor de eerste keer in de vaart genomen sinds
1944 [T9]onder deze benaming in de vaart genomen van / tot
20 december 1947 tot 22 juni 1951 [T9]vorige benaming(en)
1942: Potsdam (treiler voor Duitse rederij) [T9]volgende benaming(en)
1951: Walter Siemens [T9]1953: Schwentine [T9]
uit de vaart genomen sinds
22 juni 1951 [T9]reden
Geschrapt uit onze vissersvloot en verkocht aan een Duitse rederij [T9]tonnenmaat
Brutoton: 543,12 [T9]Nettoton: 178,54 [T9]
afmetingen
Lengte T.L.: 51m65 [T9]Breedte: 9m22 [T9]
Hoogte: 4m19 [T9]
capaciteit
Stoommachine van 750 pk van N.V. De Schelde (bouwjaar 1946) [T9]reder(s)
- 1942: Nordsee Hochseefischerei A.G. [T9]
- 1942: Duitse Krijgsmarine [T9]
- 1944: Belgische Staat (Ministerie van Marine en Visserij) [T9]
- 1947: Rederij N.V. Motorvisserij, Oostende [T9]
kapitein(s)
schipper(s)
Henri Boeyden [T9]bemanning
bestemming(en)
Visgronden rond IJsland [T9]logboek
- 1942, 3 juli: kiellegging van de treiler Potsdam op de scheepswerf Kon. Maatschappij De Schelde in Vlissingen (NL) voor rekening van de rederij Hochseefischerei A.G. Later opgeëist door de Duitse Krijgsmarine. [T9]
- 1944, 9 februari: tewaterlating [T9]
- 1944, 28 februari: overgebracht naar Antwerpen voor ombouw en verdere afwerking bij Mercantille Marine Engineering & Graving Docks Company S.A. Vervolgens deed het dienst als U-bootjager voor de Duitse Kriegsmarine. [T9]
- 1944, september: na de Bevrijding in beslag genomen door de Belgische Staat (Ministerie van Marine en Zeevisserij). Later op de werf Beliard, Crighton & C° omgebouwd tot treiler voor de zeevisserij en gehuurd en uitgebaat door de N.V. Motorvisserij (directeur: Lucien Decrop). [T9]
- 1947, 20 december: zeebrief [T9]
- 1948, 21 januari: tijdens de eerste zeereis onder bevel van schipper Henri Boeyden liep het vaartuig aan de grond bij Owersbank (zuidkust Engeland) [T9]
- 1949, 10 september: het vaartuig werd uit de vaart genomen, opgelegd en terug overgemaakt aan de Belgische Staat [T9]
- 1951, 22 juni: verkocht aan Schlienz-Hagemann Hochsee- und Gefrierfischerei in Kiel (D) en omgedoopt tot SO.112 Walter Siemens [T9]
- 1953: ingeschreven als SO.112 Schwentine voor Hochseefischerei in Kiel (D) [T9]
- 1965: verkocht voor afbraak aan Rudolf Harmsforth, Wasserbrau & Travewerft in Lubeck (D) [T9]