Jeanne-Maria (O.242) (1937-1968)
registratienummer
O.242 [T9]type
Stalen motortreiler [T9]bouwjaar
1936 [T9]scheepswerf
Beliard, Crighton & C°, Oostende [T9]voor de eerste keer in de vaart genomen sinds
23 januari 1937 [T9]onder deze benaming in de vaart genomen van / tot
23 januari 1937 tot 1968 [T9]vorige benaming(en)
volgende benaming(en)
1968 - 1969, 29 oktober: De Haai [T9]uit de vaart genomen sinds
29 oktober 1969 [T9]reden
Het vaartuig sloeg op de kliffen en was verloren [T9]tonnenmaat
Brutoton: 138,51 [T9]Nettoton: 38,99 [T9]
afmetingen
1952:Lengte: 32m20 [T9]
Breedte: 6m50 [T9]
capaciteit
1937: Deutz motor van 300 pk (bouwjaar 1937) [T9]1952: motor opgedreven tot 400 pk [T9]
1957: Deutz motor van 500 pk (bouwjaar 1957) [T9]
1964: Deutz motor van 500 pk (bouwjaar 1964) [T9]
reder(s)
- 1937: Henri Lambregt en zoon [T9]
- 1958: volle eigendom van de zoon Henri C. Lambregt [T9]
- 1968, 14 oktober: rederij De Sneppe P.V.B.A. (Henri Pintelon en Gustaaf Brys) [T9]
kapitein(s)
schipper(s)
Henri Barbaix [T9]bemanning
Pierre Corveleyn (bootsman), Robert Vanderwal (Witte Wolle), Louis Barbaix, Roland Depuydt [T9]bestemming(en)
Visgronden rond IJsland [T9]logboek
- 1940-1945: het vaartuig verbleef in Groot-Brittannië en was in dienst als ballonversperringsvaartuig [T9]
- 1945: terug in België voor dezelfde reders [T9]
- 1952, 5 mei: verlengd met 5m25 op de scheepswerf in Hemiksem [T9]
- 1963, 16-17 september: motorpech tijdens de terugreis van IJsland. De Poolse treiler Brynica sleept het vaartuig veilig naar de haven van Oostende. [T9]
- 1968, 14 oktober: verkocht aan rederij De Sneppe [T9]
- 1969, 19 oktober: het vaartuig verkeerde in moeilijkheden en werd door de O.228 opgesleept. Beide vaartuigen sloegen op de kliffen nabij Noup Head (westkust van Schotland) en waren verloren. De bemanningen werden gered. [T9]