09. Boksers na WO II

29 maart 1950: Odon (rechts) vs. Roger Baour: Odon wint in Brussel van de toenmalige Franse Kampioen.

Odon Dryepondt startte als zestienjarige met boksen. Hij betwistte 22 liefhebberskampen die hij op één na won. Odon, toen vedergewicht, was ambitievol en trainde zelfs kampen met veel zwaardere jongens zoals Sys, All Gerard, Robenseyn en Knockaert. Als profbokser startte hij indrukwekkend, hij won in twee jaar tijd 25 kampen na elkaar. Odon werd nooit officieel kampioen van Europa, maar was dit virtueel wel. Hij kampte uiteindelijk 106 beroepswedstrijden; eerst als vedergewicht, daarna als lichtgewicht en uiteindelijk als weltergewicht. Hij verloor er slechts veertien.

Periode 1945-1955: Adrien Verburgh (rechts op de foto)

Een bokser die zijn carrière beëindigt en na enkele jaren inactiviteit terug in de ring staat, slaagt er vrijwel nooit in om dit heroptreden goed te volbrengen. Een uitzondering was Adrien Verburgh. Toen hij in 1955 stopte, had hij een stevige carrière bijeengebokst als midden -en later als halfzwaargewicht. Tien jaar later verscheen hij terug in de boksclub om te trainen, een kwestie om het lichaam in vorm te houden. Toen Vanhaverbeke echter de verbetenheid van Verburghs trainingen in de gaten had, stelde hij hem voor om te kampen voor de Belgische titel. Verburgh, 35 jaar oud, slaagde erin om in 1965 Belgisch Kampioen Zwaargewicht te worden, na een fel bevochten kamp. Na deze kroon op het werk hield Verburgh het boksen op aanraden van Vanhaverbeke voor bekeken.

18 december 1945: René Knockaert (links) vs. Fouquet

René Knockaert, Belgisch Kampioen Middengewicht, was een van die zeldzame boksers die niet alleen een uitstekend vuistschermer was, maar tevens ook over een beruchte stootkracht beschikte. René 'De Knokker' Knockaert had zijn naam niet gestolen. Zijn beruchte stootkracht zou hij opgedaan hebben door aan de spenen van zijn vaders koeien te trekken. Zijn carrière als beroepsbokser begon in 1945 en eindigde in 1951. Deze oersterke, vriendelijke bokser kampte bij de middengewichten en verloor slechts drie van zijn 42 wedstrijden bij de amateurs. Bij de beroepsboksers won hij 30 van de 48 kampen. Na zijn carrière als bokser bleef hij nog actief als trainer en verzorger van de Flandria Boxing Club.

Periode 1935-1951: René Debreux (rechts)

René Duribreux was de zoon van schrijver Gaston Duribreux. Hij bokste onder de naam René Debreux. Als amateur leverde hij een 25-tal kampen met een quasi foutloos parcours. Hoewel hij niet de ambitie had om profbokser te worden, overhaalde Theo Vanhaverbeke hem toch omdat hij voldoende talent in deze jongen zag. Hij bokste 20 kampen, waarvan hij er dertien met winst afsloot en enkele onbeslist. Hij beëindigde echter voortijdig zijn bokscarrière om zich in Engeland verder te verdiepen in de hotelsector.

1975: Vijf Belgische Kampioenen

Een unicum in de boksgeschiedenis: vijf amateurboksers uit dezelfde club zijn gelijktijdig Belgisch Kampioen in hun gewichtsklasse. Op deze foto pronken Theo Vanhaverbeke en zijn vijf kampioenen Fernand De Ruyter, Robert Lambrecht, Gerrit Vandenbon, Rys & Jonckheere in het Oostendse Stadhuis.

1971: Delegatie voor de Europese Kampioenschappen Boksen

Theo Vanhaverbeke (uiterst links) als trainer van de Belgische delegatie voor de Europese Kampioenschappen van 1971 in Madrid: Patrick Bultinck, Gerrit van den Bon, Michel Parent en Fernand De Ruyter. In het midden herkennen we Jean-Pierre Coopman die op 20 februari 1976 in Hato Rey, Puerto Rico, mocht kampen tegen de legendarische Mohammed Ali.

14 september 1979: Franky Decaesstecker vs. Djibril Bathily

Franky Decaesstecker was eind jaren 1980 de beste Belgische bokser als middengewicht. Hij betwistte in het begin van zijn carrière 25 liefhebberskampen, waarvan hij er 23 won. In 1981 werd hij bij de profs én Belgisch én Benelux Kampioen Weltergewicht, ook in 1982 werd hij Benelux Kampioen Weltergewicht en in 1986 Benelux Kampioen Middengewicht.

- Klik hier om verder te gaan